Tibetaans boeddhisme versus toerisme

26 augustus 2016 - Chengdu, China

Ik verheug me op mijn bezoek aan Xiahe. En stel me alvast in op een lichte teleurstelling. Xiahe ligt op 2920 meter hoogte in een prachtig berggebied. Ik weet nog hoe we 30 jaar geleden met een lokale bus over zandwegen met haarspeldbochten een eindeloze maar ook adembenemend mooie reis door de bergen maakten naar deze prachtige verstilde plek. Waar het Labrang klooster centraal staat dat in 1709 is gesticht. Een groot en actief Tibetaans klooster waar ooit 4000 monniken woonden van de geelkapsekte - waar de Dalai Lama ook toe behoort. Nu wonen er nog steeds 1500 monniken en komen er nog eens 1500 monniken uit de 108 aangesloten kloosters om de unieke en vermaarde opleiding Traditioneel Tibetaans Boeddhisme te volgen. Dit gebied behoorde ooit tot Tibet maar is later ingelijfd bij China. De bevolking is overwegend Tibetaans. Er wonen nog zo'n 25% Han Chinezen en 10% moslims. Hoewel Xiahe een relatief kleine plaats is - het aantal inwoners kan niemand zeggen - is er voortdurend spanning. In 2008 is het gebed twee jaar gesloten geweest wegens onlusten.

Xiahe is alleen bereikbaar per bus. Nu reis ik in een comfortabele touringcar. 50% van de reizigers is Tibetaan. Met veel bagage en kleurrijk gekleed. Er reizen ook een aantal monniken mee. Bijzonder hoe het óm mani padme um' van de monniken tijdens de reis wordt gereciteerd in een bus die doordrongen raakt van de geur van yakboter. Gelukkig zit ik voorin waar het raam open staat. Want eenmaal vertrokken worden er grif plastic zakjes uitgedeeld en naarmate de reis van 5 uur vordert wordt de lucht steeds zuriger van alle wagenzieke Tibetanen.

Geen zandwegen meer. Maar brede en nieuwe geasfalteerde wegen, Enorm veel tunnels - de langste 6 km- , viaducten en nog steeds worden overal extra wegen gebouwd. Door het prachtige landschap.

Aangekomen in Xiahe ervaar ik ook hier dat het enorm veranderd is. Een drukke plaats. Maar in bouwstijl nog passend in het landschap.

Ik heb een kamer geboekt in Nirvana, dat door een Nederlandse vrouw wordt gerund samen met haar Tibetaanse echtgenoot. Een heerlijke plek naast de ingang van het Labrang klooster.

Met de ervaring van Taer Si in Xining nog in mijn geheugen verken ik het klooster. Ondanks dat het hier ook erg toeristisch is herken ik nog wel het klooster van 30 jaar geleden. Het complex is dan ook erg groot. Wel is er nu een megagroot ticket office en moet je een kaartje kopen om met een gids de gebouwen te mogen bezoeken. Ik besluit de volgende dag een ticket te kopen. Ik krijg de tip om na de rondleiding te zorgen dat ik naar de hoofdhal terugkeer om de rituelen en meditatie van de middag bij te wonen.

Er zijn in totaal maar twee monniken die Engelse rondleidingen geven. Ook hier zijn de toeristen Chinezen en zijn er relatief weinig westerlingen. Een monnik vindt het rondleiden leuk en de andere vindt het vreselijk. Ik krijg een rondleiding van de laatstgenoemde monnik. Een bijzondere ervaring. Hij windt er geen doekjes om dat hij een hekel heeft aan toeristen, dit werk moet doen omdat hij engels spreekt en het echt niet meer wil. Hij is ronduit grof. Tegen een Franse wetenschapper uit de groep die een vraag heeft over het Boeddhisme antwoordt hij dat hij dat maar op internet op moet zoeken en als je niets weet van het boeddhisme je beter niet naar Labrang kunt komen. Vragen vindt hij sowieso onwenselijk. Tegen een forse Duitse vrouw zegt hij - als er een deur dicht zit waar hij eigenlijke door wil - maybe you try to open it as you are fat.

Ik probeer in gesprek te gaan. Meer dan het feit dat hij een hekel heeft aan toeristen en dat alle monniken een hekel hebben aan toeristen komt er niet uit. Zo gauw het kan geeft hij aan dat de tour voorbij is en we nu maar zelf rond moeten kijken.

Ik zie kort daarna monniken in groepen bewegen en ik loop erachteraan. Ze gaan naar de grote hal. Schoppen hun laarzen uit, hebben hun gele kappen in de hand en gaan in de gebedsruimte zitten. Een prachtig gezicht, al die honderden rood geklede monniken. Sommigen reciteren. Een Rinpoche - gereïncarneerde Boeddha  - heeft de leiding, bijgestaan door een soort wachters. Ik blijf zo'n twee uur observeren. Terwijl de rituelen zich voor mijn neus afspelen komen er aan de lopende band Chinese groepen binnen. Die, ondanks het verbod, opzichtig fotografen en filmen, hard praten, mobiele telefoons af laten gaan en opnemen. Voor mij zie ik een oudere monnik geagiteerd kijken en boos worden als hij merkt dat een Chinese man filmt.

Hier wringt het. In Taer Si is het klooster vrijwel overgenomen door de toeristen. Hier wordt het actieve kloosterleven dagelijks ruw verstoord door onwetende Chinese toeristen. Ik zie dat de meeste toeristen zich gedragen zoals ze zich ook in een dierentuin bewegen. Ik merk weinig oprechte interesse of nieuwsgierigheid. En respect voor het monastieke leven. Fotograferen en met name selfies maken lijkt een hoofddoel.

De regering heeft bepaald dat het klooster een categorie 4 toeristische attractie is. De Grote Muur valt onder categorie 5. Vandaar de aanleg van wegen, tunnels en viaducten. Nog steeds worden nieuwe hotels gebouwd. En sinds een jaar functioneert het nieuwe vliegveld(je). Bereikbaar via een snelweg dwars door de 'grasslands 'waar de nomaden leven. De yaks lopen over de snelweg. Met alle gevolgen die je kunt bedenken.

De schoonheid van de natuur en het mysterie van het klooster staat in contrast met het massatoerisme. Ik vraag me af wat ik hier over 30 jaar aan zal treffen?

Foto’s

2 Reacties

  1. Charlotte Lopuhaä:
    27 augustus 2016
    Ja dat bedoelde ik nou Annemies hoe verdrietig is dit allemaal .... Het wordt langzamerhand een toeristische attractie veroorzaakt door de Chinese overheersing ....
    Lgr Charlotte
    Lgr Charlotte
  2. Tileke:
    31 augustus 2016
    Lieve Annemies, prachtig en schurend verhaal weer. Over 30 jaar zou ik maar niet meer gaan. Wat een lompheid injecteren de Chinezen in hun eigen en buur-land. Ik snap die gefrustreerde monnik wel. Niet alle toeristen hebben jouw oprechte interesse en gevoel voor verhoudingen. Ook voor ons fijn trouwens dat jij daar bent en ons mee kan nemen in wat misschien een uitstervend fenomeen is.